De inflatie in de eurozone is in november opgelopen tot 0,2 procent op jaarbasis, van 0,1 procent in oktober.

Dat blijkt uit cijfers die het Europese statistiekbureau Eurostat woensdag naar buiten bracht (pdf). In november 2014 steeg het gemiddelde prijspeil nog met 0,3 procent.

Volgens Eurostat droegen vooral groente en restaurants en cafés bij aan de stijging van de inflatie, terwijl brandstoffen het grootste drukkende effect hadden. De inflatie in de eurozone ligt nog altijd ver onder het door de Europese Centrale Bank (ECB) nagestreefde peil van bijna 2 procent.

De inflatie in de eurolanden ligt ver onder het door de ECB nagestreefde peil van bijna 2 procent. Om de inflatie te stimuleren koopt de centrale bank voor zo’n 60 miljard euro per maand aan leningen op bij financiële instellingen.

Geldpers langer aan

Begin december maakte de ECB bekend in elk geval door te gaan met het opkopen van schuldpapier om de economie te stimuleren tot maart 2017. Ook het type schulden dat de ECB gaat inkopen wordt uitgebreid: ook schulden van lokale overheden van landen in de eurozone kunnen nu worden opgekocht. Daarnaast worden alle aflossingen en rentebetalingen op de opgekochte obligaties geherinvesteerd. Dat betekent dat het maandelijkse bedrag dat de ECB uittrekt voor het programma, iets hoger kan uitkomen dan de 60 miljard euro van nu.

De ECB heeft deze stappen genomen omdat de vooruitzichten voor zowel de inflatie als de economische groei niet beter zijn geworden. De inflatie bedroeg in november 0,2 procent vergeleken met een jaar geleden, terwijl het streven 2 procent is. En met de economische groei wil het het met 0,3 procent in de eurozone ook niet vlotten.

Door het opkoopprogramma nu langer door te zetten en daardoor zeker 360 miljard euro extra in de economie te pompen, hoopt Draghi nu eindelijk een keer de inflatie omhoog te krijgen.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl